Beschrijving
Een teveel aan eiwit wordt door het dier in de vorm van urinezuur weer uitgescheiden via de feces (ontlasting). Een lager eiwitgehalte in het voer betekent minder stikstofuitscheiding via urinezuur en dit verkleint de kans op de vorming van ammoniak.
Door de behoefte en het aanbod van eiwit beter op elkaar af te stemmen, is het overschot aan stikstof te verminderen. Het terugbrengen van het ruw eiwitgehalte in het voer is hiervoor een goede maatregel.
Het verlagen van het ruw eiwitgehalte met kan invloed hebben op de productieresultaten. De maatregel vraagt om voldoende aanvulling van essentiële (vrije) aminozuren.
Door de maatregel blijft het strooisel in de stal droger, waardoor de dieren minder last krijgen van voetzoollaesies en verteringsproblemen. Ook de mestafzetkosten dalen. Door het drogere strooisel is wel een toename van fijnstofemissie te verwachten.
Praktijkinformatie
Effect op | Beoordeling | |
Milieu | + | |
Technisch resultaat | -/0 | Kans op lagere productieresultaten |
Diergezondheid | 0/+ | Minder verteringsproblemen |
Welzijn | + | Minder voetzoollaesies, minder huidaandoeningen |
Arbeid | 0 | Verminderde arbeidsomstandigheden door hogere fijnstofbelasting, het schoonmaken van de stal is echter eenvoudiger |
Investering | 0 | |
Kosten | - | Hogere voerkosten en kans op mindere productieresultaten. Daar staat tegenover een positieve beïnvloeding kuikenkwaliteit (minder afkeur) en lagere mestafzetkosten. |
-- zeer negatief; - negatief; 0= neutraal; + = positief; ++ zeer positief